We hebben een roerig najaar gehad. De rust is inmiddels weder gekeerd, maar onze emoties schoten alle kanten op. Dat kwam omdat we het idee hadden opgevat om Pech Blanc te verkopen. Om ergens anders iets nieuws te beginnen. En de aanleiding daarvan was natuurlijk weer mijn afkeer van routine, sleur en gebrek aan avontuur. En ook een beetje Theo’s ondernemerslust.

We hebben dit jaar alweer ons vijfde seizoen hier gehad. De eerste seizoenen kon ik een naam geven: het Corona seizoen, het Porsche seizoen, het wandelaars seizoen. Dit jaar was het Perfecte Seizoen. Alles ging van een leien dakje, de gasten waren heel leuk, het was een afwisseling van verschillende nationaliteiten. Er waren geen grote verrassingen, ergernissen of tegenvallers. Er was veel regen, dat wel, maar geen lange hittegolf. We hadden genoeg vrije tijd op de werkdagen en voldoende vrije dagen gepland. We hebben zelfs een paar korte vakanties tussendoor gehad. Kortom; het liep gesmeerd. En als iets na jaren eindelijk gesmeerd loopt, dan kun je natuurlijk op je lauweren gaan rusten, ervan genieten en de boel de boel laten, maar zo werkt het bij mij niet. Ik vraag me dan af: wat valt er dan nog te ondernemen? Wordt het niet saai?

Precies op het moment dat ik dat zat te overpeinzen in de septemberzon las ik een bericht op Facebook van Nederlandse gasten die in juni een week hier geweest waren, op zoek naar een B&B ter overname. Ze waren nog steeds aan het zoeken in deze regio. En dat wat ze zochten, was wat wij hier inmiddels hebben: vijf goedlopende gastenkamers, een zwembad, uitzicht, een buitenplek om te eten, een woonhuis met een eigen ingang, een stuk privé tuin en geen verbouwingen nodig. Ik liet het aan Theo zien. Was dit niet een perfecte kans om te pakken? Stel dat we over een paar jaar willen verkopen, wie weet hoe lang het dan duurt voor de kogel door de kerk is. Kunnen we niet nog een keertje zo’n beginfase meemaken, dat alles nog ontwikkeld moet worden? In een omgeving waar we weer op ontdekking kunnen? Afijn, we hebben contact opgenomen met deze mensen, ze waren geïnteresseerd en zouden weer langs komen om te praten ergens in oktober en toen was het gedaan met de rust.

Dagenlang zaten we weer op Green Acres en andere onroerend goed sites. We zochten in de Lot, in de Cevennen, de Languedoc, de Pyreneeën, maar ook in Spanje en zelfs in Italie. Want als we hier straks weg gaan, waar gaan we dan heen? En wat gaan we daar doen? We maakten afspraken voor bezichtigingen in de buurt, we zochten op Google Earth, urenlang, om een pand te vinden dat ons wel wat leek. In Frankrijk krijg je namelijk nooit het exacte adres van een huis dat te koop staat. Meestal zie je het huis voor het eerst bij de afspraak met een makelaar. Waarop je vaak meteen kunt constateren dat je daar nooit wil wonen, want het staat bijvoorbeeld vlak langs een drukke weg, of het buurpand staat er bijna tegenaan geplakt. Om onszelf die tijd en moeite te besparen zoeken we eerst de locatie op Google Earth, dan kun je al een heleboel te weten komen. Geen makkelijk klusje, maar zo leuk als een van ons twee eindelijk roept “ik héb hem!”

We hebben zelfs twee huizen bezichtigd. Een kant en klare watermolen, prachtig gerenoveerd en ingericht, niet al te ver hier vandaan in een idyllische omgeving.  Er zat een zelfstandige gite tegen het woonhuis aan voor toekomstige inkomsten. Een ander huis was een voormalige wijnboerderij, gigantisch groot, ook met een gite die werkelijk aan alle kanten nog vertimmerd en opgeleukt moest worden, een immense tuin die -anders dan op de foto’s van de makelaar- inmiddels behoorlijk verwaarloosd was en een enorme schuur waar je met gemak een werkplaats en nog een paar gites kon hebben. Van beide huizen waren we zo gecharmeerd dat we er in gedachten alweer woonden, maar er moest eerst nog iets verkocht worden.

Wat ons opviel in dit hele proces is dat we er heel anders in zaten dan de eerste keer dat we in Frankrijk zochten. We zijn inmiddels veel meer verwend! We hebben al rust en ruimte. We hebben al een mooi uitzicht. We zijn niet meer zo snel onder de indruk van een zwembad, een paar hectare terrein of een extra schuur. Er is wel een heleboel te koop, maar bij nader inzien viel er ook een heleboel ongezien al af, omdat we er simpelweg niet op vooruit zouden gaan.

We gingen twee weken naar Nederland, zoals we dat elk najaar doen en vertelden aan iedereen dat we misschien volgend jaar op een heel ander adres zouden zitten. Sommigen vonden het grappig dat we weer het avontuur op zochten, anderen snapten er niks van. We werden zo op afstand en met veel afleiding wel weer iets rustiger en bij terugkomst op ons eigen Franse landgoedje onder de stralende zon was de stemming heel anders: waren we helemaal gek geworden? Waarom zouden we hier weggaan? Het is het paradijs!

Het werd oktober, de potentiële kopers kwamen langs en een week later belden ze met hun besluit: ze gingen Pech Blanc niet van ons overnemen. Dat was even terugschakelen. We gingen dus helemaal nergens naartoe. Maar was het niet prima zo? Die watermolen, was dat nou wel slim, hadden we niet altijd geroepen dat je nooit een watermolen moet kopen omdat je dan in een vochtig dal zit ? En dat het met de huidige klimaatveranderingen natuurlijk wachten is op een overstroming? Was dat niet misschien de reden dat die Engelsen het al zo snel weer van de hand deden? Of was het omdat de gite stiekem veel mooier was dan het privé gedeelte? En die wijnboerderij, was die niet veel te groot? Wat moesten we eigenlijk met twee woonkamers en die enorme zolder? En we hadden dan wel doorberekend dat we zeker een jaar aan het verbouwen zouden zijn, maar konden we dat eigenlijk wel? En zouden we daarna nog wel energie hebben om die gigantische tuin aan te pakken? En als we geen gasten meer hebben om mee te tafelen, omdat ze allemaal een eigen keuken hebben, vinden we dat dat niet saai, zo elke avond met z’n tweeën? Kortom, waren we niet al die tijd op zoek naar iets wat we allang hebben?

Dus we blijven lekker zitten waar we zitten. We herwaarderen weer wat we hebben, de vrienden die we hier inmiddels kennen, het gemak waarmee we hier bewegen onder de Fransen.  Maar het heeft meer teweeg gebracht: we beseften tijdens de bezichtiging van de potentiële kopers dat onze privé keuken echt niet meer kon. Daar hadden we nooit wat aan veranderd omdat we altijd de keuken van de B&B gebruiken, ook in de winter. Maar tegeltjes uit de jaren zeventig, een gootsteen uit het jaar kruik en een afwasmachine die niet werkt is natuurlijk geen lokkertje, dus toen de beslissing gevallen was hebben we de sloophamer ter hand genomen en in een halve dag was alles weg. De oude kastjes gaan we hergebruiken voor een buitenkeuken voor de gasten, ook iets wat we al een tijd wilden. Dus de rust in ons hoofd is terug, maar de rust in lijf en leden nog niet want we zitten midden in onze eerste echte doe-het-zelf verbouwing. Dat perfecte seizoen heeft een hoop teweeg gebracht, en saai is het zeker niet.

graag delen!